Alles over een Gezonde Leefstijl Op School

Richtlijn Radicalisering gereed

Ook interessant voor onderwijsprofessionals

Onderwijsprofessionals en andere jeugdprofessionals ervaren knelpunten bij de preventie en aanpak van radicalisering bij jongeren. Dit was aanleiding voor de ontwikkeling van de richtlijn Radicalisering. Na een ontwikkelproces van 2,5 jaar is de richtlijn nu gereed. De publicatie van de richtlijn is begin september. De focus van de richtlijn ligt op ‘zorgwekkende radicalisering die kan leiden tot extremistisch geweld’. Aan de hand van uitgangsvragen geeft de richtlijn aanbevelingen aan jeugdprofessionals voor het signaleren en aanpakken van radicalisering bij jongeren.

Zorgwekkende radicalisering

De focus van de richtlijn ligt op ‘zorgwekkende radicalisering die kan leiden tot extremistisch geweld’. Radicalisering kan de ontwikkeling van een jongere negatief beïnvloeden. Een jongere kan er mentaal en sociaal onder lijden, niet meer meedoen in het dagelijkse leven, of vrienden of naasten verliezen.

Ook kan een radicaliseringsproces waar geen aandacht voor is, of waar zorg ontbreekt, tot situaties leiden waarin de fysieke en psychische veiligheid van mensen in gevaar komt, of het vertrouwen in de samenleving uitgehold wordt. Daarom is het voor de persoon in kwestie en voor de maatschappij in het algemeen belangrijk dat er tijdig en passend ingegrepen wordt. Jeugdprofessionals hebben daarin een belangrijke pedagogische taak. Zij hebben immers zicht op, of contact met jongeren. Ook kunnen zij bijsturen als dat nodig is.

Onderwerpen die aan bod komen

Aan de hand van uitgangsvragen geeft de richtlijn aanbevelingen aan jeugdprofessionals voor het signaleren en aanpakken van radicalisering bij jongeren. Het gaat om vragen als:

  • Hoe kun je signalen van mogelijke (zorgwekkende) radicalisering herkennen en interpreteren, en welke hulpmiddelen kun je daarvoor gebruiken?
  • Hoe kan je met een jongere in gesprek gaan over signalen die mogelijk wijzen op (zorgwekkende) radicalisering?
  • Wat doe je met signalen van mogelijke radicalisering, en hoe kun je informatie hierover delen?
  • Hoe kun je radicalisering preventief aanpakken?
  • Welke organisaties spelen een rol bij preventie, duiding en aanpak van radicalisering, en hoe kunnen professionals hiervan gebruikmaken?

Voor wie is deze richtlijn?

De richtlijn Radicalisering is bedoeld voor zowel professionals in de jeugdhulp en jeugdbescherming als andere jeugdprofessionals die te maken kunnen krijgen met radicalisering bij jongeren. Zoals jongerenwerkers, onderwijsprofessionals, veiligheidsprofessionals, medewerkers van Bureau Halt, reclassering en politie.

In hoeverre een jeugdprofessional zelf handelend kan of moet optreden, of juist doorverwijzen naar meer passende hulp, hangt af van de functie en taken. Voor de meeste jeugdprofessionals geldt dat zij niet hoeven te beschikken over specialistische kennis of kunde over radicalisering. Wel is van belang dat ze in staat zijn om een ‘niet pluis gevoel’ te ontwikkelen en mogelijke signalen in context te plaatsen, aangezien signalen kunnen duiden op andere problematieken dan radicalisering.

Ontwikkeling

De richtlijn Radicalisering is ontwikkeld door het Verwey-Jonker Instituut (projectleiding), de Hogeschool van Amsterdam en Sherazade Advies. De ontwikkeling vond plaats in nauwe samenwerking met een ontwikkelwerkgroep, bestaande uit wetenschappers en praktijkexperts. Op basis van commentaar en een proefimplementatie is de richtlijn aangevuld, en tot slot geautoriseerd door de beroepsverenigingen NIP, NVO en BPSW. Het Nederlands Jeugdinstituut heeft het ontwikkelproces begeleid.

Op woensdag 25 september is er een webinar over de richtlijn Radicalisering.